Dikkopje

Latijnse naam: Pomatoschistus minutus
Vissoort: Zeegrondels
Type vis: Zeevissen

Dikkopje

Herkenning: 1. Kleine vis met een brede kop met gezwollen wangen en lippen. Ogen dicht bij elkaar en hoog in de kop geplaatst. Bovenzijde kop met schubben. 2. De twee rugvinnen aan de basis duidelijk gescheiden. 3. Buikvinnen aaneengegroeid tot een zuignap, waarmee de vis zich kan vastzetten op een harde ondergrond. 4. Achterrand van de eerste rugvin met donkere vlek (bij mannetjes in de paaitijd geheel wit omrand). Geen zwarte vlek aan de basis van de borstvinnen en verticale strepen op de flanken ontbreken, alleen onduidelijke vlekken. 5. Onvolwassen exemplaren op basis van uiterlijke kenmerken moeilijk te onderscheiden van Lozano´s grondel (P. lozanoi).
Verspreiding: Oost-Atlantische Oceaan, Noordzee, Oostzee. Langs de Nederlandse kust algemeen, zowel in estuaria als in open zee. Gewoonlijk tot een diepte van 40 meter, maar tot een diepte van 200 meter waargenomen.
Leefwijze: Leeft langs de kust en in zeearmen en estuaria op de bodem. Paait ’s zomers. De eieren worden afgezet in lege schelpen en bewaakt door het mannetje. Trekt ’s winters weg uit ondiep water.
Voedsel: Kleine bodemorganismen zoals kreeftachtigen en vissenlarven.


Er zijn nog geen foto's van deze vis door leden geupload. Klik hier om een foto te uploaden.